Ga direct naar inhoud
Ook de nieuwsbrief van Landgoederen en Buitenplaatsen in Zuid-Holland ontvangen? Schrijf je in!

De Sarijnenhove

 
Vlaardingen
De Sarijnenhove ligt in de Aalkeetbinnenpolder te Vlaardingen (tot 1966 grondgebied van Maasland). Vanaf de Zuidbuurtseweg, van oudsher een verbindingsweg tussen Vlaardingen en Maasland, is de woning via een smalle oprijlaan te bereiken.
Uit vondsten is gebleken dat er in de 11de en 12de eeuw in dit gebied reeds sprake was van bewoning. De bewoning kreeg een continu karakter toen in de 13de eeuw de Maasdijk werd aangelegd waardoor het gebied werd beschermd tegen overstromingen. Voor de ontwatering van de polder werden talrijke sloten in noord-zuidrichting gegraven. Op kleiafzettingen op het veen, die in het landschap hoger gelegen gebieden vormden, werden na inpoldering boerderijen gebouwd. De op een geulafzetting gelegen Sarijnenhove is er één van. Al in de 14de eeuw wordt de hoeve in een leenregister van de leenkamer van Hodenpijl vermeld onder de naam Sarienhove.
In de 17de eeuw was het gewoonte dat de gegoede burgerij een gedeelte van het kapitaal belegde in land. Zodoende bezaten tal van regenten en rijke burgers één of meer hoeven, die samen met het bijbehorende land werden verpacht. In Maasland was deze groep landbezitters voornamelijk afkomstig uit Delft en Rotterdam. Aanvankelijk reserveerde de eigenaren bij het opmaken van het pachtcontract één of meer kamers voor zichzelf: de heerschaps- of herenkamer. Deze kamer, meestal de opkamer, was vaak te herkennen aan de aanwezigheid van een stookplaats, gecombineerd met een rijkere uitvoering van het interieur.
De Sarijnenhove, een prachtig voorbeeld van zo’n boerderij met herenkamer, heeft een L-vormige plattegrond. Het voornaamste deel wordt gevormd door een lang, geheel in steen uitgevoerd voorhuis, dat dwars voor het vroegere woongedeelte van de pachter en de daarop aansluitende schuur staat. De oudste delen van het gebouw zijn mogelijk laat-16de-eeuws. Het pand kreeg zijn huidige uiterlijk in 1644; dit jaartal is uitgesneden in het kalf van de rechter voordeur. In dat jaar werd het voorhuis aan de westzijde, in het verlengde van de opkamer, uitgebouwd. De aanbouw, de feitelijke herenkamer, kreeg een eigen entree met eiken trap en een kamer met haardplaats op de begane grond.
Reeds voor de totstandkoming van de uitbreiding in 1644 was de boerderij rijk uitgevoerd met gemetselde versieringen in verschillende kleuren baksteen, zoals de ontlastingsbogen boven de deur en vensters en op de hoeken van het gebouw. De trapgevels met pinakel en zandstenen kraagsteentjes verhogen het voorname karakter van het bouwwerk. Ook de trapgevels van beide dakkapellen zijn van dergelijke versieringen voorzien. Overigens dateren de meeste schuiframen van voorhuis, opkamer en uitbouw – oorspronkelijk waarschijnlijk kruisvensters – van de vroege 18de eeuw. Ook het stalgedeelte is van later datum.
Op de kaart van Cruquius van 1712 ligt rond de boerderij een vrij grote tuin met een formele inrichting. Opmerkelijk is dat in het noordwestelijke deel van de tuinaanleg, aan de zijde van de herenkamer, twee vakken zijn die sterk aan parterres doen denken. Verder zijn rond het huis enkele door rechte paden of lanen doorsneden vakken te zien. Men kan ervan uitgaan dat voor het overige het nuttige met het aangename was verenigd. Er zullen boomgaarden en moestuinen zijn geweest, alsmede nog wat bos. Van de historische tuinaanleg is thans niets meer te zien.
Begin 19de eeuw kwam Jacoba Louisa Kok, gehuwd met de Rotterdamse notaris Jan Hubrecht Lentfrink, door vererving in bezit van de Sarijnenhove. Of de boerderij toen nog als zomerverblijf gebruikt werd, is niet duidelijk. De Lentfrinks beschikten over meer buitens en het is denkbaar dat de Sarijnenhove niet langer aan de wooneisen van de eigenaar voldeed. In de loop van de 19de eeuw werd de hoeve dan ook verkocht aan de toenmalige pachter en werd de Sarijnenhove volledig boerenbedrijf. De herenkamer werd verbouwd tot wagenschuur, waarbij een venster werd uitgebroken om plaats te maken voor openslaande deuren om de wagens naar binnen te kunnen rijden.
In het kader van de genoemde reconstructie van Midden-Delfland werd de Sarijnenhove in de jaren tachtig opgekocht door de Stichting Beheer Landbouwgronden (SBL). Deze stichting meldde de boerderij, die reeds op de rijksmonumentenlijst geplaatst was, aan bij de gemeente Vlaardingen voor subsidie voor een eventuele restauratie. Het pand verloor daarbij zijn functie als boerenbedrijf. Na opnieuw te zijn verkocht, werd de Sarijnenhove in 1989-1994 in samenspraak met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg ingrijpend doch vakkundig door de huidige bewoners gerestaureerd. De herenkamer werd als eerste project aangepakt en kon reeds in 1992 opgeleverd worden. De wagenschuurdeuren werden verwijderd en vervangen door een venster. De herenkamer herkreeg zijn oorspronkelijke woonfunctie. Naast het huis werd één van de hooibergen, bekend van oude kaarten, weer opgetrokken. In augustus 1994 was de Sarijnenhove in oude luister hersteld.
De Sarijnenhove wordt nog altijd particulier bewoond en is niet te bezichtigen.

Landgoed

Typering
goed bewaard
Ontstaansgeschiedenis
hoeve als uitgangspunt
Hoofdfunctie
particuliere woning

DIt is een woord uit de verklarende woordenlijst

Je kunt het wooord dan ook verklaren met een meer of minder lang tekstje. En als van toepassing dan kun je ook een link toevoegen naar een externe website met meer informatie. Die link verschijnt dan onder de verklarende tekst.

Klik hier voor meer informatie