terrein waarin overblijfselen klooster

Al in de jaren ‘20 van de vorige eeuw was de locatie van het Steenhuis van Dirk van Teylingen onderwerp van verhitte discussie onder historici. Door tussenkomst van de Tweede Wereldoorlog raakte deze kwestie op de achtergrond. Totdat J.G.N. Renaud in 1965 melding maakte van de vondst van wat vermoedelijk het Steenhuis van Dirk van Teylingen was. Renaud was als kasteeldeskundige verbonden aan de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek. In die hoedanigheid leidde hij het archeologisch onderzoek op een terrein in Warmond met een hoge verwachtingswaarde. Bij deze opgraving kwamen de funderingen van een ringmuur, poortgebouw, donjon en traptoren aan het licht. Het archeologisch onderzoek heeft ook sporen uit latere tijden blootgelegd. Hieronder bevonden zich de resten van een kloosterboerderij uit de 15de eeuw voorzien van enkele waterputten en enkele funderingen die geïnterpreteerd worden als 16de-eeuwse grafkelders (hoewel er geen menselijke resten zijn aangetroffen). Begin 1986 werd er door een particulier melding gemaakt van een kleine zwarte grafsteen die hij op het kasteelterrein had aangetroffen. Onderzoek naar het gotisch randschrift op deze kleine maar rijk gedecoreerde leisteen leverde de volgende tekst op: ‘Hier leit begraven [naam van de man, onleesbaar] ende Barbara Hughendochter’. De grafsteen wordt gedateerd omstreeks 1500. Daarmee stamt de grafsteen dus niet uit de tijd van het Steenhuis van Dirk van Teylingen, maar uit de latere kloosterperiode.
Datering
15e eeuw
Verschijningsvorm
(grotendeels) verdwenen
Type
archeologica